Veel mensen, heel veel mensen, willen gelukkig zijn. Het is een staat waar je naar toe kan werken. Stel je bent het nu niet, je zet bepaalde stappen en voila je bent gelukkig. Geluk als einddoel.
De vraag is of geluk als einddoel wel bestaat? Hoe weet je of het einddoel is bereikt? Zou je het kunnen aangeven als je honderd procent gelukkig bent? En zou je daarmee ook exact kunnen aangeven wanneer dat punt is bereikt? En is niet weten of en wanneer je jouw doel hebt bereikt, kunnen stellen dat het überhaupt onmogelijk is een doel als geluk te behalen?
Geluk is niet een ultieme staat van zijn, een plek waar je arriveert of ook weer uit weg kunt gaan.
Gelukkig(er)
Geluk is, net als zoveel dingen in het leven, meer een werkwoord dan een statisch begrip. Je kunt stellen dat het mogelijk is iedere dag gelukkiger te worden in plaats van gelukkig te zijn. Iedere dag kun je stappen zetten om je geluk te vergroten. Het is een staat waarin je nooit helemaal volledig kunt komen. Je kunt namelijk altijd gelukkiger zijn, dus net als je denkt dat je er bent, kan het nog beter of mooier. Het is als een fata morgana. Een doel dat altijd vooruitschuift. En wat is geluk? Bestaat geluk niet uit een combinatie van gevoelens en verschillende vormen van zijn in verschillende samenstellingen op verschillende momenten? Is het één begrip of een samenraapsel van tevredenheid, comfort, rust, zekerheid, controle, liefde? En vraag jezelf eens af of geluk voor jou twintig procent controle, vijftig procent liefde en dertig procent tevredenheid is? Of is het een andere combinatie?
Hoe wordt je gelukkiger?
Het begint allemaal met jouw antwoord op de vraag: Wat is geluk? Wat zijn de momenten waarop ik geluk ervaar? Welke factoren spelen een rol? En net zo belangrijk is de vraag: Wanneer ben ik minder gelukkig? Daarmee leer je welke situaties bijdragen aan een gelukkiger leven en welke situaties je moet vermijden om te voorkomen dat je minder gelukkig wordt.
Praktisch
De basisregel van werken aan geluk is dat het eigenlijk een praktische aangelegenheid is. In plaats van een diep filosofische gedachtegang of het constant sleutelen aan gedachten en emoties, kan het zo simpel zijn als ander werk zoeken. Uit je relatie stappen of juist werken aan een nieuwe relatie. Werken aan je fitheid en gezondheid. Vrienden die een negatieve invloed op je hebben, loslaten en mensen opzoeken die je ondersteunen en werkelijk het beste met je voorhebben. Stapje voor stapje wijzigingen aanbrengen in je leven die op al die verschillende vlakken als tevredenheid, comfort, controle en zekerheid veranderingen brengen.
Basisregels
Hoe jij gelukkiger kan worden, is een vraag die alleen jij kunt beantwoorden. Jouw geluk is mijn geluk niet en andersom. Maar het blijkt dat over de hele wereld, over alle culturen heen, wel een aantal uitgangspunten te benoemen zijn, die maken dat mensen gelukkiger worden. Om te beginnen aandacht voor familie en vrienden. Een groot sociaal, betrouwbaar netwerk draagt bij aan meer geluk en dus is het belangrijk om daarin te investeren. Werk aan dat netwerk door oprechte aandacht te geven, tijd te investeren en er te zijn voor de ander. Een tweede, in aansluiting op de eerste, is het creëren van dierbare herinneringen. Doe leuke dingen met elkaar, maak mooie momenten, zorg dat er momenten zijn waarop je met liefde en een goed gevoel terugkijkt.
Een derde is: in controle zijn. De wetenschap dat jij de kapitein bent van je leven en niet de omstandigheden of de ander, is een hele belangrijke. Dat is aan de ene kant een emotionele, en minder een praktische, uitdaging. De wetenschap dat je misschien niet in controle bent als het gaat om wat je toebedeeld krijgt in het leven, maar wel ‘in control’ bent, hoe je ermee omgaat. Het is iets dat je moet trainen en leren en bewust zijn. Aan de andere kant is het ook weer heel praktisch. ‘Nee’ zeggen als je gevraagd wordt iets te doen wat niet bij je past. Je eigen tijd indelen en ‘nee’ zeggen als iets niet uitkomt. ‘Nee’ is wat dat betreft een prachtig mooi woord en voor sommigen maar al te vaak lastig uit te spreken.
Last but not least
Een vierde en enorm belangrijk uitgangspunt is ‘rustig doorgaan’. Steady, stap voor stap in alle rust en tijd je werk doen. Werken aan je ontwikkeling, de tijd nemen voor vrienden en familie. De blue zones, de plekken in de wereld waarin mensen enorm oud worden, zijn de plekken waar mensen op hun gemak hun dagelijkse bezigheden doen. Een mooie metafoor is Tai Chi. Geen sprints of explosieve krachttraining of HIT Training maar langzame, bedachtzame bewegingen die met aandacht worden gedaan. Het is een vorm van ‘sport’ die aantoonbaar bijdraagt aan een goed lichamelijk welzijn en aan geluk. Op diezelfde wijze je leven vormgeven, schijnt enorm te helpen!
Dus de vraag is niet ‘Wil je gelukkig zijn?’, de vraag is meer, ‘zou jij gelukkiger willen zijn?’